Bij Beter Horen vinden we het belangrijk dat iedereen kan blijven genieten van mooie geluiden. Maart is daarom de Maand van het Gezond Gehoor. En sluiten we aan bij de Internationale Dag van het Gehoor op 3 maart van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).
Veel mensen ondernemen geen actie op gehoorverlies, terwijl een goed gehoor belangrijk is. Zowel voor de mentale als de fysieke gezondheid. Daarom steunt Beter Horen dit initiatief en nodigen we u deze maand uit voor een gratis hoortest.
In maart staan we extra stil bij wat goed horen bijdraagt aan een fijner leven. Dat doen we met het thema ‘blijven genieten van mooie geluiden’. Imelda en mevrouw Sybrandy – audicien en klant bij Beter Horen – vertellen u over hun favoriete geluiden. “Het geeft mij echt meer levensvreugde en ook zekerheid dat ik alles om mij heen weer goed hoor.” zegt mevrouw Sybrandy.
Imelda (44 jaar) is sinds 1,5 jaar audicien bij Beter Horen. Zelf draagt ze ook hoortoestellen omdat ze al vanaf jonge leeftijd slechthorend is.
“Tijdens mijn vorige baan als operatieassistent kon ik gesprekken moeilijk volgen, omdat iedereen mondkapjes droeg. Ik had mezelf trucjes als liplezen aangeleerd, maar bij een hoortest viel ik door de mand.”
Dat gedrag ziet ze ook terug bij haar klanten nu ze audicien is bij Beter Horen. “Ik wil mensen helpen. In deze rol zie ik het als mijn taak ervoor te zorgen dat klanten zich op hun gemak voelen en zich open stellen naar mij toe. Door op die manier te werken, boeken we samen een mooi resultaat. Dat maatschappelijke stuk vind ik belangrijk en het maakt mijn vak zo mooi.”
“Vroeger was er eigenlijk te weinig aandacht voor mijn gehoor. Daardoor verborg ik het en dacht ‘o, maar zo gaat het prima’. Achteraf stom, ik gaf mezelf een achterstand. Ik had zoveel meer kunnen doen als ik eerder had toegegeven dat ik hulp nodig had.”
“Met de ampli-energy L hoortoestellen in, is horen een nieuwe beleving. Ik hoor elke dag weer andere geluiden. Maar ik draag mijn hoortoestellen het liefste als ik piano of viool speel, het geluid is dan zoveel mooier. Ik had zelfs tranen in mijn ogen toen ik dit toestel voor het eerst droeg.”
‘Doe jezelf niet te kort, want je weet niet meer wat je allemaal mist. Je vergeet de geluiden.’ Als ik nu piano of viool speel dan klinkt het geluid zoveel mooier.
“Als audicien zie ik dat veel mensen een drempel over moeten voordat ze hier komen. Vooral jongere mensen. Als je denkt aan gehoorverlies of een hoortoestel, denk je vaak aan ouderen. Dat taboe moet doorbroken worden. En daarom vind ik het mooi dat ik op mijn leeftijd - met hoortoestellen - dit vak uitoefen. De stap naar een hoortest is soms groot, maar het is niks om je voor te schamen. Een goed gehoor is zo belangrijk. Je doet jezelf echt tekort als je met gehoorproblemen blijft lopen.”
“Ik vond het zelf heel moeilijk om hoortoestellen te gaan dragen”, vertelt Imelda. “Het proces om te accepteren dat ik slechthorend ben, heeft lang geduurd. Ik vond dat ik goed hoorde, dus ik droeg het toestel niet. Totdat ik begon te merken dat ik informatie miste, bijvoorbeeld bij belangrijke gesprekken. Als audicien én ervaringsdeskundige kan ik mensen goed helpen bij het acceptatieproces.”
Mevrouw Sybrandy (85 jaar) is een klant van Imelda en erkent dat: “Ik ben zoveel gelukkiger nu ik weer beter kan horen. Al die geluiden die ik nu wel hoor en voorheen niet, dat vind ik zo mooi. Het geeft mij meer levensvreugde en zekerheid.''
“Wat je opnieuw beleeft als je een hoortoestel gaat dragen? Veel van mijn klanten vertellen dat ze genieten van fluitende vogels of geritsel van bladeren om hen heen. Juist met een hoortoestel kun je dit herbeleven. Die geluiden zet je zelf niet zomaar harder, zoals bij een televisie.”
“Of ze gaan weer naar het theater, want ze kunnen cabaret of andere voorstellingen weer verstaan. En bij het luisteren naar een concert of een orkest kunnen ze de instrumenten opnieuw van elkaar onderscheiden,” vult Imelda aan.
Mevrouw Sybrandy herkent dat: “Ik heb een grote tuin en daar hoor ik de vogels weer. Dat viel me op toen ik de eerste keer buiten een hoortoestel droeg. Toen dacht ik, o ik kan ze weer van elkaar onderscheiden.”